Published On: 22 december 2009

We zijn ondertussen toe aan ons derde deel in het eindejaarsrapport van Belgisch MX talent. In deze aflevering laat Yves ‘Holeshot’ Devlaminck zijn licht schijnen over Julien Lieber, Daymond, Martens, Mathias Plessers en Jonas Salaets.

Julien Lieber: alles of niks

De mening van Holeshot: “Het is moeilijk om Julien in te schatten, want het is vaak alles of niks! Hij kan zomaar de pole en twee podiums pakken in de ADAC om het volgend weekend amper punten te scoren. Technisch heeft hij een goede bagage en hij kan ook op alle soorten van circuit uit de voeten. Wat hij te horen kreeg tijdens de stage in Lommel heeft hij onmiddellijk toegepast, dat is zeker een pluspunt. Maar hij moet absoluut zijn aanvalsdrift kanaliseren. Zijn hoofd erbij houden en rustig opbouwen tijdens de trainingen en kwalificaties.

Julien heeft zeker potentieel, ten minste als hij zijn verstand gebruikt! Daarnaast hoop ik ook dat hij niet te snel op een grote en/of te krachtige motor springt. Hij heeft er wel de leeftijd voor, maar nog niet het lijf. Ik heb het volste vertrouwen in hem en tijdens de Coupe de l’avenir reed hij een mooie tweede reeks nadat hij was uitgevallen in de eerste.”

Daymond Martens werd Belgisch kampioen 85cc

Daymond Martens: de technieker

De mening van Holeshot: “Daymond heeft veel kwaliteiten. Hij kan hard rijden op elk circuit, zijn positie op de motor is perfect, hij gebruikt zelden z’n achterrem, schakelt prima en ook qua rijtechniek zit het snor. Puur op snelheid komt hij nu nog behoorlijk te kort, al zal dat met de tijd en de groei wel verbeteren.

Als ik één raad heb voor hem dan is het wel om zich wat meer te ‘laten gaan’, zowel in snelle secties als voor grote jumps, want hij kan het zeker aan! Voor volgend seizoen zou een gemengd programma van het Frans en Duits kampioenschap interessant zijn, afgewisseld met wedstrijden in België om het gevoel in het zand niet te verliezen…”

Superstyler Mathias Plessers

De mening van Holeshot: “Er valt heel wat te vertellen over Mathias. Objectief gezien is hij één van de meest stijlvolle piloten in het EK 85cc. Toen ik hem bezig zag in Polen sprong hij al meteen in het oog, ook al vertaalde zich dat nog niet in resultaten. Zijn houding, rijtechniek, het ziet er allemaal veelbelovend uit! Waarschijnlijk heeft Mathias in het rijden  zelf de grootste groeimarge van allemaal. Aan de andere kant snap ik helemaal niet waarom hij verschillende keren tijdens de wedstrijd de moed laat zakken, zonder een duidelijke reden! Nog straffer vind ik dat hij dan 30 minuten later in de paddock rondloopt alsof er niets is gebeurd…

Talent en techniek zijn één ding, maar Mathias moet leren vechten, hij moet leren afzien. Het is nog niet te laat, toch zal hij zijn houding in bepaalde omstandigheden moeten aanpassen. Volgend jaar wil hij het EK 125cc tweetakt gaan doen. Dat is een grote uitdaging, maar hij heeft er de capaciteiten voor. Aan de andere kant zal hij fysiek een tand moeten bijsteken want de circuits zijn op dat niveau stuk voor stuk veeleisend.”


Mathias Plessers tijdens de Coupe de l'avenir in Angreau.

Jonas Salaets: gretig om bij te leren

De mening van Holeshot: “Jonas heeft veel verdienste. Hij ging met beperkte middelen van een amateurfederatie zonder overgangsperiode naar het EK. Je moet het maar doen! Het was heel tof om met hem samen te werken. Ik heb zelden een piloot gekend die zo goed oplet en zoveel vragen stelt. Dat is een belangrijke eigenschap… Jonas is er enorm op vooruit gegaan in het begin van het seizoen, waarschijnlijk omdat hij in de winter heel vroeg is begonnen met zijn voorbereiding. Hij moest ook veel bijleren over het wedstrijdformaat en de banen in het EK.

Die leercurve werd onderbroken in Valkenswaard waar hij hard is gevallen, daar heeft hij trouwens redelijk wat geluk gehad! Daarna ging de zomer wat minder. Een seizoen is nu éénmaal lang en iedereen heeft wel eens een mindere periode. In 2010 stapt hij op een zwaardere motor. Ik denk dat zijn stijl beter tot z’n recht komt op een 250 viertakt dan een 125. Technisch moet hij zich concentreren op zijn beweeglijkheid op de motor, zijn snelheid bij het aansnijden van bochten op harde circuits, platte of aflopende bochten en grote jumps. Ik denk dat hij ook veel profijt kan hallen uit complementaire training in gevechtsport of atletiek. Daardoor kan je meer expplosiviteit en een hogere snelheid van uitvoering aankweken. Hopelijk zien we Jonas nog een paar keer aan het werk in het Junior EK.”

In deel 4: Brent Van Doninck, Julien Van Stippen, Ludovic Brevers en de anderen

Click hieronder op de Tag ‘Belgisch jeugdtalent’ om alle delen van de reeks te zien.

Credit foto’s: Olivier & CDS